Colposcopie heet het onderzoek dat moet worden verricht bij een vrouw met een afwijkend uitstrijkje. Bij colposcopie word met een microscoop naar de baarmoedermond gekeken. De baarmoedermond wordt zichtbaar gemaakt door net als bij het maken van een uitstrijkje, een speculum (eendenbek) in te brengen. Tijdens dit colposcopisch onderzoek wordt azijnzuur 3% oplossing, een soort keukenazijn, op de baarmoedermond aangebracht. Door dit azijnzuur worden afwijkende plekken wit geaccentueerd, waardoor ze goed opvallen en er goede analyse van deze afwijkende gebieden kan plaatsvinden. Er kunnen bepaalde patronen zichtbaar worden, een getrainde gynaecoloog kan dan inschatten of de afwijkingen overeenkomen met de uitslag van het afwijkende uitstrijkje. Dr Bram ter Harmsel van de Roosevelt kliniek in Leiden is een van de docenten in Nederland die gynaecologen opleidt in de colposcopie. Het gebied waar de afwijkingen ontstaan wordt het overgangsgebied genoemd, dit gebied kan soms wel en soms niet worden geïnspecteerd. Kan het gebied goed worden gezien dan kunnen er eventueel biopten worden genomen. Soms wordt er nog aanvullend onderzoek verricht door in plaats van azijnzuur een jodiumoplossing op de baarmoedermond aan te brengen. Hierdoor worden ook de afwijkende gebieden geaccentueerd.
Bij lichte afwijkende uitstrijkjes zullen er meestal 2 biopten worden genomen, bij ernstigere afwijkingen kan besloten worden om direct te behandelen door de gehele afwijking in één keer te verwijderen. De biopten kunnen zonder verdoving worden afgenomen en is goed te verdragen. De biopten worden in het laboratorium microscopisch bekeken en wordt de eventuele afwijking benoemd. Afhankelijk van de ernst van de afwijking wordt er besloten of er wel of niet een behandeling nodig is.
In sommige gevallen kan het overgangsgebied niet in beeld worden gekregen omdat het in de baarmoederhals ligt. Om dan toch informatie te krijgen over het weefsel kan er een curettage van de baarmoederhals worden verricht. Hierbij wordt met een soort lepeltje wat weefsel uit de baarmoederhals geschraapt. Op dit weefsel wordt dan analyse verricht in het laboratorium, net zoals dat op de biopten wordt verricht.